Speciaal voor Kaatje !

Speciaal voor Kaatje !

Route van onze reis

woensdag 26 mei 2010

Dag 5: Mount Fuji & Gion Hatanaka in Kyoto


De grootste trots van de Japannners is natuurlijk de Fujiberg, die in het natuurgebied Hakone ligt. Er wordt wel eens gefluisterd dat wie Japan bezoekt maar de Mount Fuji niet heeft gezien, Japan niet gezien heeft. Deze 3 776 m hoge berg is de hoogste van de drie heilige bergen waarvan Mount Tate en Mount Haku de twee andere zijn. De Fuji is een slapende vulkaan sinds de laatste uitbarsting van 1709.
Gelukkig rijdt Hiro tot halverwege de berg. In juli en augustus gaan de bergbeklimmers de top te lijf, maar daarvoor moet je echt in goede conditie zijn. Wij houden het bij de autorit.

Dit natuurgebied heeft een vijftal meren die een boog vormen rond de noordflank van de Fujiberg. Op weg naar het Ashi-meer stoppen we even om met de kabelbaan naar het 700 m hoger gelegen Owakudani (Vallei van het grote koken) te gaan. De kabellift brengt ons boven de zwavelbronnen, de geisers en de borrelende modderpoelen. De stank is verschrikkelijk. Het is een regelrechte aanslag op ons olifactorisch orgaan.
Owakudani is vooral bekend voor zijn lokale specialiteit, namelijk zwarte eieren. Deze rauwe eieren worden gekookt in de pruttelende zwavelpoelen en worden dus zwart dankzij de zwavel.
Volgens de legende zou je bij het eten van één zwart ei zes jaar langer leven, bij het eten van twee zwarte eieren leef je twaalf jaar langer en ... bij het eten van drie zwarte eieren ... sterf je aan een indigestie.



Na de rust van het meer vertrekken we richting Kyoto waar we overnachten in een Ryokan, een typisch Japanse herberg waar we zullen slapen op comfortabele futtonkussens. Onze herberg, Gion Hatanaka is gelegen in het hartje van Kyoto, midden in het beroemde Geisha-district.







Kijk ook eens op:

Ryokan

donderdag 6 mei 2010

Dag 4: Keizerlijk paleis en de oostelijke tuinen


De wagen vermindert geleidelijk aan vaart terwijl we langs het Parlementsgebouw rijden om uiteindelijk bij de oostelijke tuinen en het keizerlijk paleis aan te komen. De lentezon klimt de hemel in en wij wandelen, genietend van al die pracht, de keizerlijke tuinen in. Het is een ideale dag om de rustige sfeer van deze imperiale hoven te komen opsnuiven en de magnifieke Japanse kerselaars, die volop in bloei staan, te bewonderen. De kersenbloesems, ook wel Sakura genoemd, staan symbool voor de vergankelijke schoonheid van Japan.

Dat Japan trots is op zijn Sakura bewijst het jaarlijks weerkerend festival ingericht als eerbetoon aan de Japanse sierkers. Bovendien kan je in de lente een Sakuratour volgen, waardoor je de mooiste plekjes in Tokyo ontdekt met in bloei staande kerselaars.

Ondertussen zijn we via de eerste poort een binnenplaats overgestoken en zijn we nu in de tuin terecht gekomen die deels volgens klassiek Japanse stijl is aangelegd.

Van het keizerlijk paleis zien we niet veel. We kunnen straks vragen aan Hiro om via de Nijubashibrug te rijden vanwaar we misschien iets meer dan een glimp zullen kunnen opvangen. Hoe dan ook, het keizerlijk paleis Kokyo is niet toegankelijk voor toeristen. Slechts twee keer per jaar, met name met de verjaardag van de keizer en op 2 januari (= Japans nieuwjaar) is enkel de binnenplaats van het paleis toegankelijk voor het publiek. En zo lang we geen officiële gasten van de keizer zijn, zullen we helaas noch de binnenkant van het kasteel, noch de hofhouding zien.



Dankzij Hiro is het ons toch gelukt om tot op het grote keizerlijke plein te geraken en net op dat ogenblik werd de wacht afgelost.